Het Huys met de twee voorborchten’
Als men van Leeuwen naar Druten de bochtige Waaldijk volgt, langs stille niet riet begroeide wielen binnendijks en smalle langgerekte plassen in de vette uiterwaarden. passeert men halverwege rechts. nabij de grensscheiding tussen beide gemeenten de plaats van het voormalige Huys te BovenLeeuwen.
Aan het eind van een schaduwrijk laantje van hoge eeuwenoude beuken. `geeft een stenen bruggetje - over de resten van de vroegere slotgracht - toegang tot datgene wat van dit historierijke plekje is bewaard gebleven. Helaas, dit hoekje bevestigt opnieuw hoeveel aantrekkelijks er met de vernielzucht in de vorige eeuw, waaraan ook dit kasteel ten offer is gevallen. verloren is gegaan. Met wat fantasie kan men zich voorstellen. hoe een stevige burcht - zoals die te Leeuwen er zeker een geweest is - hier in dit landschap onder de schutse van een machtige rivierdijk en in een halve krans van bloeiende fruitbomen. een boeiend tafereel zou hebben opgeleverd. Men kan slechts wensen, dat althans de schamele resten, nog voor het nageslacht behouden blijven.
Tot datgene wat van het Huys te Leeuwen bewaard is gebleven. behoort een deel van een der twee voorburchten waarom dit kasteel ook vel de burcht Leeuwen met de twee voorborchten werd genoemd. De bijzondere aanduiding met de twee voorborchten is min of meer gebruikelijk geweest. ter onderscheiding van een tweede burcht. die hier in Leeuwen werd aangetroffen,namelijk een veel ouder kasteel Leeuwen op den berg genaamd. Men mag hieruit afleiden, dat dit kasteel Leeuwen op den berg op een hoogte gelegen was.
In 1680 wordt dit kasteel een out vervallen huys genoemd. dat nadien geheel is verdwenen. Tot het kasteel Leeuwen op den berg’ heeft eens het gehele dorp Leeuwen behoord,
In aanwezigheid van enige formidabele kastanjebomen ligt aan de Waaldijk te Boven-Leeuwen , een van de voorborchten van het machtige kasteel Leeuwen, waaraan een groot boerderijgedeelte later is toegevoegd. De brug over de slotgracht is van jongere leeftijd.
zodat deze burcht dan ook als stamhuis wordt aangezien van het voorname geslacht Van Leeuwen of Van Lewen. De laatste bewoners van ongeveer 1500-1580 moeten de heren van Baexen zijn geweest. Daarom werd het kasteel in die tijd ook wel de Baex genoemd. Het is almetal niet-veel wat van dit kasteel Leeuwen op den berg bekend is, al neemt men omtrent de ligging nQg aan, dat de burcht in het oosten van het dorp gelegen heeft, halverwege de Molenstraat in Boven-Leeuwen.
Bepalen wij ons thans tot het eerstgenoemde Huys Leeuwen met de twee voorborchten , waaromtrent de historie gelukkig iets meer heeft overgeleverd.
Het deel van de voorburcht, dat na de nodige reparaties nog steeds in tact is en nog voor bewoning geschikt is, heeft vroeger mogelijk dienst gedaan als koetshuis. Maar overigens dienden deze voorburchten vooral ter versterking van het eigenlijke kasteel; zij werden gebouwd als een middel tot afweer bij mogelijke aanvallen. De kasteelheren van dit Huys te Leeuwen hadden daar ongetwijfeld bijzondere reden toe, omdat het kasteel meer dan eens voorwerp was van belegering in de bittere strijd tussen de Heeckerens en de Bronckhorsten. welke zich immers voor een groot deel in de omgeving van Tiel moet hebben afgespeeld.
Het lijdt echter geen twijfel, of het nog resterende gedeelte van de voorburcht zal meermalen zijn gerestaureerd.
Zonder twijfel zullen in de naaste omgeving van deze voorburcht in de bodem nog wel grondvesten worden aangetroffen, waarop eertijds de buitengewoon stevige Leeuwense burcht was opgetrokken.
Trouwens uit de situatie ter plaatse en vooral uit de ligging van de slotgracht, die gedeeltelijk nog bewaard is gebleven. kan de juiste ligging van het kasteel nog wel ongeveer worden afgeleid. In elk geval de entourage is er nog ongeveer om in de sfeer te kunnen doordringen van lang vervlogen eeuwen. Al valt het ietwat moeilijk als men hier op zo n stille zomerse achtermiddag rondstapt langs de met eendenkroos bedekte grachten. zich te kunnen indenken, dat het hier ooit zo gespannen heeft als de geschiedenis vertelt.
De eerste bewoners van dit Huys te Leeuwen behoorden tot het geslacht Druten, waarvan het stamslot gelegen was aan de Heersweg, die een eindweegs voorbij het Huys te Leeuwen vanaf de Waaldijk naar het dorp Druten leidt. De sterke uitbreiding van het geslacht Druten en anderzijds de betrekkelijk geringe uitgestrektheid van de heerlijkheid Druten, maakte het noodzakelijk, dat door de verschillende leden van deze familie naar ander gebied werd uitgezien. Zo ook dachten Willem en Emmerik van Druten er over, beiden zoons van Arnold van Druten. die in oorkonden van 1319 en 1321 wordt vermeld.
Wilskrachtige en ondernemingsgezinde jonge mannen als zij waren, als zoons van een jongere broer van de toenmalige Drutense kasteelheer zonder enig uitzicht op het bezit van de burcht te Druten. zochten zij naar een nieuwe nederzetting. waartoe de uitgestrekte gronden ten westen van Druten zich bijzonder leenden. Hun oog viel op een plaats. van waaruit zij een prachtig uitzicht hadden op de machtige Waalstroom, terwijl een sterkte op deze plaats zo nodigde wegen kon beheersen. die westwaarts leidden. Het wordt wel mogelijk geacht. dat trouwens op de plaats waar de nieuwe burcht zou verrijzen. reeds een oude nederzetting aanwezig was, hetgeen dan de keuze nog gemakkelijker zal hebben gemaakt.
Omstreeks 1325 werd dan het Huys te Leeuwen gebouwd. Willem en Emmerik van Druten zagen wel in, dat de burcht groot en stevig moest zijn, om bij de voortdurende onlusten, niet het minst in de strijd tegen de Gelderse hertogen, zo nodig behoorlijk weerstand te kunnen bieden. Het was in deze omgeving, dat menige twist werd uitgevochten, waarbij de kasteelheren bijna steeds tot partij kiezen genoopt waren.
Zo werd de burcht Leeuwen, naar men aanneemt, de grootste
sterkte tussen Waal en Maas en kon ook met vele burchten buiten de streek in weerstandsvermogen zeker wedijveren. Met de twee voorburchten, één in de richting Wamel en één met het front naar het zuiden, gold dit kasteel dra als onneembaar. Het wordt dan ook betwijfeld of het Huys te Leeuwen bij de broedertwisten tussen Reinald en Eduard van Gelder in 1384 door
eerstgenoemde ooit zou zijn overmeesterd en geplunderd, zoals wel beweerd wordt )
1). C. F. van der Meer van Kuffeler
in de Gld. Volksalmanak 1892.
De Leeuwense burcht moet in alle geval veel sterker geweest zijn dan de sloten in Horssen en Appeltern, die wel in handen van hertog Reinald vielen.
Het gebied, dat tot deze heerlijkheid Leeuwen behoorde - waarvan in oorkonden van 1377 en 1371) gewag wordt gemaakt - werd in het noorden door de Waal begrensd, tin het oosten door de heerlijkheid Druten, in het zuiden door de heerlijkheid Puiflijk en in het westen door Leeuwen op den berg . Tussen het Huys te Leeuwen en het verwante kasteel van Druten moet zich een dicht en vrij laag gelegen bos hebben uitgestrekt, hetgeen de tot voor kort nog aanwezige bossen en het struikgewas in de omgeving wel bevestigen.
Over de tragische dood van Emmerik of Heijmeric van Druten in het jaar 1354 is een ietwat romantisch relaas bewaard gebleven. In die dagen was de strijd in Gelre tussen de Heeckerens en Bronkhorsten op zijn hevigst. Zo men weten zal, speelde bij deze strijd de opvolgingskwestie in Gelderland een grote rol. De rechten van Reinoud of Reinald III als hertog van Gelre en graaf van Zutphen werden hem door zijn jongere broer Eduard betwist. Reinald verleende steun aan de Heeckerens, waarna de Bronkhorsten hulp zochten bij Eduard. die zich tegenover Reinald stelde. omdat deze hem het vaderlijk erfdeel. waarop hij aanspraak maakte. niet afstond.
Daar het gebied van Gelre zich ook tot de beide Waaloevers uitstrekte. werd Maas en Waal in deze felle broederstrijd betrokken, temeer omdat - zoals gezegd - de strijd zich voor een groot deel bepaalde tot de omgeving van Tiet, welke sterke vesting zich - evenals de meeste steden - aan de zijde van Eduard geschaard had. De kasteelheren van Leeuwen, gelijk het merendeel van de adel, hadden aanvankelijk de partij van Reinald gekozen.
Maar de wreedheden van Reinald, toen deze bevel gaf de toren van de St. Walburgkerk te Tiel, waarin 145 burgers een toevlucht hadden gezocht in brand te steken, waardoor deze Tielenaren op 24 augustus 1350 een verschrikkelijke dood vonden, schijnen oorzaak te zijn geweest, dat de kasteelheren van Leeuwen zich tegen hem keerden.
Willem, heer van Leeuwen, werd spoedig een der kopstukken van Eduard s partij en Emmerik bleek al dra eveneens een van diens meest trouwe aanhangers.
Reinald, woedend over deze afval. viel daarop ook het land van Maas en Waal binnen. Hoewel nabij de burcht Leeuwen fel werd gestreden, bleek deze sterkte, ondanks dat zij door Reinald s benden herhaaldelijk werd belegerd, tegen alle aanvallen bestand. Maar toen Emmerik van Druten op Pinksteren 1354 in de dorpskerk van Leeuwen vertoefde, drong plots een woeste bende van Reinald s krijgsknechten het kerkje binnen. Emmerik, die bemerkte dat het om hein begonnen was, zocht bescherming aan het altaar, waar de priester probeerde tussenbeide te komen. De krijgsknechten schrokken daar echter niet voor terug. Onder bedreigingen jegens den priester werd Emmerik van Druten in diens armen aan het hoogaltaar van de Leeuwense dorpskerk met lansen doorstoken.
Slechts door een toeval schijnt Willem, zijn broer. voor eenzelfde lot gespaard te zijn gebleven. Op de ophaalbrug van hun burcht. op weg naar de godsdienstoefening in de dorpskerk, verstuikte Willem zijn voet. Ofwel omdat het gaan hem moeilijk was, of omdat het volgens sommigen een kwaad voorteken gold. bleef Willem op het kasteel, terwijl Emmerik zijn laatste noodlottige kerkgang vervolgde.
Door zulk een schandelijke daad verloor Reinald nog meer aanhangers. In juni van hetzelfde jaar schijnt Eduard de verschillende sterkten. die Reinald in Maas en Waal tijdelijk bezet hield, met name de kastelen in Horssen en Appeltern. weer te hebben heroverd. Maar daarmee was de rust nog niet weergekeerd. Eindelijk zag Eduard kans zijn broer in de beslissende slag op de Strijdweerd , vroeger nog ten dele bekend als het Weidje aan de Zandwijkse zijde van Tiel, op 25 mei 1361 te verslaan. Reinald werd in de gevangenis (geworpen en bleef tien jaar lang gevangen op het kasteel Nijenbeek. tot de dood van Eduard 1. die op uitstekende wijze het hertogdom bestuurde en eindelijk rust en orde schiep. Na zijn dood werd Reinald in 1371 opnieuw hertog. doch overleed nog in datzelfde jaar, waarmede het bewind van het huis Gelre eindigde.
Keren we nog even terug naar het Huvs te Leeuwen. Naast Willem en Emmerik hadden ook hun vader Arnold van Druten en diens dochter Clementine op deze burcht hun intrek genomen. Na Arnold s dood, het huwelijk van Clementine met een Brabants ridder Jan van Diewe-Aerschot in 1354 en in datzelfde jaar de tragische dood van Emmerik, schijnt Willem alleen te zijn overgebleven. Vandaar dat daarom in oorkonden van 1377 en 1397 Willem als enige stichter van de Leeuwense burcht wordt genoemd.
In de aanzienlijke functies van ambtman, richter en dijkgraaf van Maas en Waal werd Willem een der meest belangwekkende figuren in de geschiedenis van deze streek.
Alleen van Willem zijn nakomelingen bekend. Omdat ofwel door huwelijksgift. ofwel door erfenis aan de heerlijkheid gebied van Puiflijk was toegevoegd, wordt hét vermoeden bevestigd, dat zijn vrouw uii het geslacht Van Puiflijk moet zijn geweest. Tot de aanvang van de 15e eeuw bleef de heerlijkheid Leeuwen in het bezit van het geslacht Van Druten. Maar de muurschildering, welke in de raadzaal van Leeuwen is aangebracht en een voorstelling geeft van het Huvs te Leeuwen anno 1732 bewijst, dat het kasteel enige eeuwen later nog een sterke burcht moet zijn geweest.
Van degenen. die het kasteel Leeuwen bewoond hebben. nadat dit van het geslacht Druten in andere handen was overgegaan. kan nog genoemd worden omstreeks 1675 Zweder van Boetselaer. ambtman. dijkgraaf en rechter van Maas en Waal. wiens naam voor het katholieke volksdeel van deze streek nu niet bepaald een sympathieke klank heeft. De papenkelder van het slot Leeuwën getuigde er van, dat hier enige pastoors uit Maas en Waal en de Brabantse omgeving door genoemde Zweder van Boetselaer werden opgesloten.
Bron/Source : Het Land tussen Maas en Waal.
Door: J.H. Manders
Bron/Source Photo: Chronik Familien Verband “von Drathen” 1928
Emmerik van Druten, vermoord in de kerk te Leeuwen 1354